WRR bepleit meer open innovatie

Volgens de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid (WRR) schiet het Nederlandse innovatiebeleid tekort. In het onlangs uitgebrachte rapport ’Innovatie vernieuwd‘ constateert het adviesorgaan dat de overheid weliswaar op macro-economisch niveau gunstige randvoorwaarden creëert om kennis te genereren, maar dat deze niet doorwerken naar bedrijven en andere organisaties. Dat is de Nederlandse paradox: sterk in productie van wetenschappelijke kennis en patenten, maar niet in het toepassen en op de markt brengen ervan. De WRR pleit daarom voor een opener innovatiebeleid.

Volgens het rapport moet de overheid meer doen dan alleen financieren en subsidiëren van – meest publiek – onderwijs en onderzoek. Omdat verzilvering van kennis uiteindelijk gebeurt bij bedrijven, moet het beleid zich daar meer op richten. Al te beperkende randvoorwaarden, zoals het uitsluiten van buitenlandse projectpartners en het stellen van inhoudelijke doelstellingen, kunnen overboord. In de visie van de WRR is voor Nederland een rol weggelegd als vrijplaats waar ’andersdenkenden elkaar ontmoeten‘ en nieuwe ideeën ontwikkelen. Dit ligt in het verlengde van de traditionele functie die Nederland vervult als knooppunt van goederenstromen.

Het bedrijfsleven dient wel de hand in eigen boezem te steken en meer samenwerkingsverbanden aan te gaan. De overheid kan dat slechts indirect faciliteren, aldus het rapport. Alleen in semi-publieke sectoren als gezondheidszorg en milieu zou zij het voortouw moeten nemen.