Warning: Undefined array key "bio" in /home/techwatch/domains/test.bits-chips.nl/public_html/wp-content/plugins/wpcodebox2/src/Runner/QueryRunner.php(126) : eval()'d code on line 13
Author:
Reading time: 3 minutes
Van de twintig nieuwe operatiekamers in het Radboud UMC zijn er vier bestemd voor onderzoek. Via het Mitec-samenwerkingsverband wil het Nijmeegse academische ziekenhuis bedrijven helpen bij de ontwikkeling van nieuwe technologie. Dat begint met kritische vragen over het nut ervan.
Leveranciers van operatiekamertechnologie moeten veilig produceren, maar ze hoeven niet echt aan te tonen dat hun methode werkt. Dat is een schril contrast met de farmawereld, waar een fabrikant gemiddeld acht jaar kwijt is met aantonen dat het product beter werkt dan het huidige medicijn vóórdat het verkocht mag worden. Die situatie is echter aan het veranderen. De regelgeving gaat meer nadruk leggen op het nut van een technologische innovatie in de zorg en de verzekeraars doen ook steeds moeilijker over het betalen van onbewezen technologie. Met Mitec wil het Radboud UMC in Nijmegen de industrie een handje helpen bij het leveren van dat bewijs. Mitec staat voor Medical Innovation & Technology Expert Centre en is een samenwerking met de technische universiteiten van Eindhoven en Twente, Achmea en verschillende bedrijven.
Het pronkstuk zijn de operatiekamers. Van de twintig nieuwe ok’s heeft het academische ziekenhuis er vier achter de hand gehouden voor onderzoek: eentje is ingericht als reguliere ok, in de andere drie worden het komende jaar verschillende state-of-the-art technologieën geïnstalleerd. ‘We krijgen als eerste in Nederland de beschikking over een MRI op de ok’, vertelt hoogleraar evidence-based surgery aan het Radboud UMC Maroeska Rovers trots. ‘Tijdens de operatie kun je iemand transporteren naar de ruimte ernaast om hem onder de MRI te leggen. In de toekomst moeten daar ook ingrepen in worden gedaan, bijvoorbeeld met robotica in de MRI. Daarvoor werken we samen met de groepen van Maarten Steinbuch van de TUE en van Stefano Stramigioli van de UT.’

Operatiezaal nummer twee, die tegen de MRI-zaal aan ligt, is een zogeheten hybride ok, een ruimte waar zowel normale chirurgie als katheterinterventies uitgevoerd kunnen worden. Beeldvorming speelt hierin een sleutelrol met onder meer een CT-scanner, 4D-echografie en 3D-navigatieapparatuur. De derde ruimte ligt eveneens tegen de MRI-zaal aan; onderscheidend hier zijn de gewapende wanden die de ruimte geschikt maken voor radiotherapie. Het experimentele idee is om hier al tijdens de operatie te bestralen waardoor er mogelijk minder schade aan het omliggende weefsel ontstaat.
Kosteneffectief
Wanneer ze af zijn, wil het Radboud UMC de Mitec-operatiekamers als fieldlab aanbieden voor de ontwikkeling van medische technologie. ‘We hebben een aantal concreet geïnteresseerden inmiddels, zowel vanuit de intraoperatieve radiotherapie als de MRI. Dat gaat om grote nationale en internationale concerns, maar ook om een aantal lokale bedrijven.’
Maar de operatiezalen komen pas in beeld als er in ieder geval een prototype is van de nieuwe technologie, dus dan heeft het bedrijf al een flinke investering gedaan. Daarom heeft Mitec een dienst opgezet om vroeg in kaart te kunnen brengen hoe nuttig een technologische ontwikkeling is. ‘Wij hebben hier de dokters en patiënten. We hebben een manier ontwikkeld waarbij de belanghebbenden tot een consensus komen welke innovaties nu echt wenselijk en noodzakelijk zijn. Met modelleringsstudies kun je vervolgens bepalen of er echt potentie voor verbetering aanwezig is. En dan kun je de vraag ook omdraaien: hoeveel beter moet het worden om kosteneffectief te zijn? Of wat mag het apparaat eigenlijk kosten?’
De nieuwe ok’s zijn evenwel niet alleen bedoeld voor externe partijen. De Nijmegenaren hebben zelf een aantal ideeën hoe de technologie ingezet zou kunnen worden voor een betere behandeling. Daarbij richten ze zich in eerste instantie op oncologie.
Bij borstkanker bijvoorbeeld ziet het huidige traject er in grote lijnen als volgt uit: eerst wordt de tumor operatief verwijderd. De kweken worden opgestuurd naar het lab om te kijken of al het kwaadaardige weefsel echt weg is. Die uitslag volgt een tot twee weken later. In het slechtste geval moet er daarna verder worden behandeld met radiotherapie, chemotherapie of een nieuwe operatie, waarvoor overleg nodig is tussen de verschillende disciplines. Die behandeling start daardoor vaak pas tussen de vier en de zes weken na de operatie.
Met de beeldvormende technologieën en de behandelopties allemaal onder handbereik in de snijruimte zou dat wellicht efficiënter kunnen. ‘Téchnisch gezien kan het op één dag. Dat is de uitdaging waar we naartoe willen met Mitec. Daarvoor moet nog wel het een en ander worden ontwikkeld’, zegt Rovers.