Qimonda vindt investeerder voor beperkte DRam-productie

Qimonda zegt zich te hebben verzekerd van een kapitaalinjectie zodat het op beperkte schaal geheugenchips kan gaan fabriceren in zijn 46 nm Buried Wordline-proces. De kwakkelende DRam-maker wil zo de waarde van zijn technologie aantonen in de hoop investeerders te trekken voor de hele boedel. Volgens Qimonda gaat de gelimiteerde productie in zijn Dresdense 300 mm-fab ook door als de opzet niet op korte termijn succes oplevert.

De Infineon-dochter vroeg eind januari uitstel van betaling aan en heeft nu tot eind maart om investeerders te vinden. Lukt dat niet, dan kan het moederbedrijf niet anders dan de boel ophakken en in stukken proberen te verkopen. Qimonda zegt nu in gesprek te zijn met meerdere internationale partijen over een samenwerking of zelfs een overname. Daarnaast onderzoekt het financieringsmogelijkheden om zijn nieuwe procestechnologie langer te kunnen showen. De staatssteun van Duitsland en Portugal blijft in ieder geval beschikbaar na het verstrijken van de deadline, aldus de geheugenfabrikant.

Door de enorme overcapaciteit in de geheugenmarkt zijn Qimonda‘s 200 mm- en 300 mm-fabrieken niet zo interessant voor de concurrentie uit Korea en Taiwan. De waarde van de Infineon-dochter zit vooral in de geavanceerde proces-IP. Taiwanese DRam-fabrikanten als Inotera, Nanya, Promos en PSC beschikken daar zelf niet over, maar zijn aangewezen op partners. Met steun van de Taiwanese overheid lijken zij nu echter toe te trekken naar Qimonda-rivalen Micron (Inotera en Nanya) en Elpida (Promos en PSC).