Het Philips-juk

Reading time: 3 minutes

Author:

Nieke Roos is hoofdredacteur van Bits&Chips.

Dat Philips veel goeds heeft betekend voor de laaglandse hightech staat buiten kijf. Veel van de producten waarmee onze technologiebedrijven tegenwoordig de wereld veroveren, hebben hun wortels in het elektronicaconcern: de elektronenmicroscopen uit Acht, de chips uit Nijmegen, de lithografiemachines uit Veldhoven, de röngtenanalyse-instrumenten uit Almelo en de signaalapparaten uit Hengelo, om er een paar te noemen. De logge organisatiestructuur heeft echter ook veel innovatie om zeep geholpen.

Beroemd ’slachtoffer‘ is BSO. In de jaren tachtig en negentig bouwde wijlen Eckart Wintzen zijn Bureau voor Systeemontwikkeling uit tot een van Neerlands meest succesvolle IT-ondernemingen, met duizenden medewerkers. Het geheim achter de groei: celdeling. Was een onderdeel eenmaal vijftig mensen groot, dan werd de boel opgesplitst en gingen de twee stukken in grote zelfstandigheid verder. In 1990 deed Philips zijn automatiseringsonderdeel Origin over aan BSO, om het fusiebedrijf BSO/Origin vijf jaar later weer terug te kopen en samen te voegen met zijn afdeling Communications & Processing in één grote onderneming van tienduizend werknemers wereldwijd. De celfilosofie werd hierbij langzaam verpletterd door de Philips-organisatie tot er niets meer van over was.

Het juk toont zich nog steeds een zware last, niet alleen binnen Philips. De hightechbedrijven die uit het elektronicaconcern zijn ontstaan, hebben behalve technologie vaak ook de cultuur en organisatiestructuur meegenomen uit de moederschoot. Eenmaal op eigen benen lijkt deze erfenis de verdere ontwikkeling eerder te belemmeren dan te bevorderen. Een efficiëntieverbetering op de werkvloer wordt dan volledig tenietgedaan door de bureaucratie hoger in de organisatie of een behoudende bedrijfsleiding laat een innovatieproject sneuvelen omdat doorgaan op de oude voet goedkoper is – op korte termijn.

Maar weinig voormalige Philips-activiteiten hebben zich met succes weten te bevrijden van het juk. Een van de uitzonderingen is ASML, dat in 1984 is ontstaan als joint venture tussen ASMI en Philips om de Philips Automatic Stepper op de markt te brengen. De ASML‘ers van het eerste uur vormden een kleine agiele club van rebellen die elkaar opstuwden tot grote hoogten. Dit heeft een wereldtopper voortgebracht met een relatief open bedrijfsstructuur die in niets meer lijkt op de oude Philips-organisatie.

Een andere uitzondering is Philips Car Systems. Dit onderdeel kwam in 1998 in handen van Mannesmann VDO, dat op zijn beurt weer werd opgeslokt door Siemens VDO in 2001. Drie jaar geleden verhuisde het Eindhovense R&D-centrum ten slotte naar huidige eigenaar Tomtom. De frisse wind uit Amsterdam lijkt de voormalige Philips-groep goed te hebben gedaan, want inmiddels is de automotivebusinessunit een lean and mean machine, die met haar Agile-werkwijze de behoudende auto-industrie op haar kop zet.

Handshake Solutions heeft geprobeerd om ónder Philips-vlag een andere koers te varen. Vanuit de Eindhovense Technology Incubator mocht dit bedrijf zijn klokloze elektronica naar de markt brengen. In plaats van een traditionele hiërarchische organisatie koos het bewust voor een chaosmodel waarbij iedereen zijn zegje kon doen en de baas slechts een procesmoderator was. Volgens medewerkers functioneerde dit heel goed, maar dreef de start-up hierdoor wel zo ver weg van het moederbedrijf dat geen van de bevriende Philips-financiers deze merkwaardige club nog op eigen benen wilde helpen. Zo beet Handshake in zijn eigen staart. Het bedrijf én de technologiecouveuse zijn inmiddels ter ziele.

In de huidige tijden van Agile en Lean is de Philips-bureaucratie een schier anachronisme. De afsplitsingen die de organisatiestructuur hebben overgenomen, zijn daar niet beter van geworden en ook het elektronicaconcern zelf dreigt links en rechts te worden ingehaald door beweeglijkere specialisten, als dat al niet is gebeurd. Mocht de veelbesproken opsplitsing in Consumer Lifestyle, Healthcare en Lighting er ooit van komen, dan is het te hopen voor de afzonderlijke stukken dat ze de gelegenheid aangrijpen om het Philips-juk van zich af te werpen. Anders lijkt hun geen lang leven beschoren.