Warning: Undefined array key "bio" in /home/techwatch/domains/test.bits-chips.nl/public_html/wp-content/plugins/wpcodebox2/src/Runner/QueryRunner.php(126) : eval()'d code on line 13
Author:
Reading time: 4 minutes
Arm-processoren worden steeds krachtiger en kunnen daarmee op den duur het Intel-aanbod steeds beter concurreren. Daarmee zou Arm een kosteneffectief en zuinig alternatief kunnen zijn voor de Intel-chips in embedded computers. De belangstelling is er, maar er is nog een lange weg te gaan.
Met een mediaoffensief wil Kontron duidelijk maken dat Intel niet langer zijn enige lievelingetje is: nog voor het eind van het jaar komt de Duitse grootmacht in embedded computers met een reeks producten gebaseerd op Arm. Als first-class citizens, dus met dezelfde mate van ondersteuning in expertise, software, drivers en tooling als het bedrijf tot nu toe leverde voor zijn Intel-producten. Dat mag gerust een omwenteling worden genoemd. Tot nog toe zaten de Risc-producten op de tweede rang bij Kontron.
Hoewel de details nog ontbreken, denkt Kontron vooral in te kunnen spelen op het energiezuinige karakter van de Arm-architectuur. Zowel voor vaste als mobiele oplossingen moeten er modules, bordjes, tablet-pc‘s en box-pc‘s in het assortiment verschijnen, met single-, dual- of quadcore Arm-systeemchips. Welke dit precies zullen zijn van welke fabrikant, is een kwestie van speculeren.
Van de vier grote processorarchitecturen die enige rekenkracht aan de dag kunnen leggen, is Arm de relatieve onbekende in het embedded-computersegment. De Power-en Mips-architecturen zijn vooral te vinden in dedicated producten zoals netwerkprocessoren, terwijl algemene toepassingen voor het overgrote deel worden bediend door X86. Intel en AMD bestrijken met de X86-architectuur alles tussen het middensegment en het zeer krachtige segment. Een aantrekkelijk aanbod voor de gebruiker, want die kan zijn applicatie eenvoudig naar boven of naar beneden schalen zonder de software ingrijpend te hoeven aanpassen.
De introductie van Intels Atom-architectuur heeft de populariteit van X86 in embedded computers bestendigd. Deze architectuur kan exact dezelfde software aan als alle andere X86-processoren, maar verbruikt hier een stuk minder energie voor – tegen lagere prestaties, dat wel.
Haast
Maar Arm zit ondertussen niet stil en heeft de duidelijke ambities uitgesproken om Intel op zijn eigen terrein te gaan bevechten. Afgelopen jaar kwam het met de Cortex-A15, zijn krachtigste core tot nog toe. Deze kan op een kloksnelheid draaien van 1,2 GHz en kan geheugenadressen van 40 bit aan, wat erop neerkomt dat de processor ook zeer grote datahoeveelheden in zijn werkgeheugen kan laden. Ook met de Cortex-A8 en -A9 biedt de architectuur echter interessante en kosteneffectieve oplossingen voor algemene toepassingen.
Tegelijkertijd neemt de relevantie voor een specifieke processorarchitectuur voor de applicatieontwikkelaar steeds verder af. Door de gestage ontwikkeling van tools, besturingssystemen en ondersteunende bibliotheken is de ontwikkelde software steeds makkelijker over te zetten op een andere architectuur. Microsoft heeft aangekondigd dat de volgende Windows-versie ook op de Arm-architectuur zal draaien, wat mogelijkheden opent voor de embedded-pc-gebaseerde apparatuur.
Arm heeft dan ook de warme belangstelling van menig ontwikkelaar van embedded systemen. Of deze belangstelling ook voor de makers van embedded computers opgaat, hangt ervan af aan wie je het vraagt. Uit een inventarisatie bij leveranciers een jaar geleden bleek dat er weinig belangstelling was vanuit de markt. Sommige leveranciers zeggen dat dit nog steeds het geval is. Klanten die willen overstappen, doen dat in eerste instantie naar een andere processor van Intel. Zowel bij de vraag naar meer rekenkracht als bij de wens om een lager energieverbruik kan het Intel-aanbod in de behoefte voorzien, zonder ingrijpende aanpassingen in het ontwerp. Intel meldde in juli bij zijn kwartaalcijfers dan ook een jaar-op-jaargroei van 25 procent in het segment voor embedded computers.
Andere leveranciers zeggen echter wel degelijk een vraag naar Arm te zien. Het marktsegment is groot en divers, met vele kleine spelers die zo‘n beetje elke denkbare configuratie aanbieden. Naast het Intel-aanbod komen er langzaam steeds meer producten beschikbaar met Arm-systeemchips, gefabriceerd door diverse chipbakkers. MSC Vertriebs introduceerde bijvoorbeeld in februari een nieuwe reeks QSeven-modules met Cortex-A9-gebaseerde Tegra-Socs van NVidia en Advantech heeft Freescale- en TI-gebaseerde bordjes in het aanbod.
Er is echter wel een subtiel verschil tussen de de Intel- en Arm-producten. De eerste komen uit de pc-hoek, de laatste uit de consumentenelektronica. Dat heeft zijn weerslag op de hardware, zoals bussen, maar ook op het software-ecosysteem. Arms grote kans lijkt dan ook vooral te liggen bij de kleinere en mobielere oplossingen, met name die die niet constant ingeplugd zijn in het stopcontact. Van daaruit zal het wel verder groeien in de Intel-domeinen.
De verwachting is dat Intel binnen enkele jaren met zijn architectuur en superieure procestechnologie concurrerend is op dit gebied. Enige haast is dus wel geboden voor Arm om ook in de industriële markt een plekje te veroveren. Waarschijnlijk zullen over een paar jaar beide architecturen echter naast elkaar bestaan – met de eindklant als lachende derde.
