Technieuws

Atoombommen zoeken met een nucleaire reactie

Paul van Gerven
Leestijd: 1 minuut

MIT-onderzoekers hebben een methode ontwikkeld om met gammastraling elementen als plutonium en uranium te detecteren in bijvoorbeeld zeecontainers. Havens en vliegvelden gebruiken daarvoor nu vaak passieve detectiemethodes, die niet alleen vrij veel vals positieven opleveren vanwege licht radioactieve materialen, maar die ook te omzeilen zijn door afscherming. Er bestaan ook al actieve opsporingstechnieken gebaseerd op gammastraling, maar die kunnen bij praktisch realiseerbare stralingsniveaus geen onderscheid maken tussen verschillende metalen.

De Amerikanen denken met een relatief bescheiden dosis gammastralen toch atoomsoorten van elkaar te kunnen onderscheiden. De basis daarvoor is een nucleaire reactie tussen deuterium en boor, die gammastralen met piekintensiteiten bij 4,4 en 15,1 mega-elektronvolt produceert. Omdat zwaardere elementen meer fotonen van 15,1 mega-elektronvolt absorberen, is de verandering van de verhouding tussen beide pieken indicatief voor de aanwezigheid ervan. Het is zelfs mogelijk er het betreffende element uit af te leiden, blijkt uit testen met ijzer, lood, tin en wolfraam. Naar uranium is nog niet gekeken, maar dat zou gezien zijn hoge atoomgewicht alleen maar makkelijker moeten zijn.

This article is exclusively available to premium members of Bits&Chips. Already a premium member? Please log in. Not yet a premium member? Become one and enjoy all the benefits.

Login

Related content