100 miljoen voor hightechsector, 180 miljoen voor kenniswerkers

Reading time: 2 minutes

Author:

Het Nederlandse kabinet pompt honderd miljoen euro extra in onderzoek naar automotivetechnologie, embedded systemen en nano-elektronica. Het geld is bedoeld om R&D-projecten van minimaal twintig miljoen euro op te tuigen. De overheid betaalt daaraan 35 tot 50 procent mee, met een maximum van 25 miljoen. Om voor de subsidie in aanmerking te komen, moeten geïnteresseerde bedrijven voldoen aan een ’crisiscriterium‘, maar daarover staan geen details in de brief van ministers Plasterk (OCW) en Van der Hoeven (EZ) aan de Tweede Kamer.

De aangewezen doelgebieden komen grofweg overeen met de gecombineerde scope van innovatieprogramma‘s High-Tech Automotive Systems en Point-One, die de brief overigens niet met name noemt. Ook doelgebied mechatronica, sinds de aansluiting van het Programme for High-Tech Systems eveneens een speerpunt van Point-One, blijft onvermeld. Een woordvoerder van Point-One laat echter weten geen reden te hebben om aan te nemen dat mechatronisch onderzoek is uitgesloten van het extraatje.

De investering in de hightechsector maakt deel uit van een pakket maatregelen om bedrijven met een sterke R&D-basis uit de wind te houden tijdens de huidige economische neergang. Om Nederland een zo sterk mogelijke uitgangspositie te geven als de recessie voorbij is, stelt het kabinet in totaal 280 miljoen euro beschikbaar, verdeeld over 2009 en 2010. Daarnaast haalt het onder meer Fes-gelden naar voren en verruimt het de WBSO.

De resterende 180 miljoen euro gaat naar detachering van kenniswerkers bij publieke kennisinstellingen als TNO en universiteiten. Hiermee kunnen Nederlandse bedrijven kenniswerkers voor zich behouden, die hard nodig zijn als de economie weer aantrekt. De onderzoekers mogen maximaal 1,5 jaar buiten de deur werken op ’terreinen die van maatschappelijk belang zijn en de Nederlandse kennispositie versterken: de sleutelgebieden [van het Innovatieplatform], de maatschappelijke innovatieagenda‘s en de thema‘s van de vraaggestuurde programmering van TNO en de Grote Technologische Instituten en de thema‘s van TNO‘. Daaruit valt op te maken dat niet alleen de hightechsector aanspraak kan maken op de subsidieregeling. Ook bijvoorbeeld chemiebedrijven zouden ervan kunnen profiteren.

Minimaal tachtig procent van het detacheringsbudget is bestemd om loonkosten van deelnemende ondernemingen te financieren. Volgens onbevestigde berichten wordt 75 procent van het salaris vergoed tijdens de ’maatschappelijke stage‘. De resterende twintig procent van het budget gaat naar de kennisinstellingen, die extra kosten maken, en naar de loonkosten van schoolverlaters. Die kunnen dankzij deze subsidie alsnog direct in dienst van een bedrijf.

De details van beide plannen worden nog uitgewerkt. Voor beide sporen in de crisisbestrijding worden er in juni tenders uitgeschreven en volgt de besluitvorming in augustus. Bij de detacheringsregeling, gezamenlijk uitgevoerd door NWO en Senternovem, wordt het geld echter niet in één keer uitgegeven. Daar volgt in september een tweede projectcall. Bij de hightechsubsidie gaat een onafhankelijke commissie de voorstellen beoordelen en ranken.

Senternovem geeft vandaag op de ledenvergadering van Point-One een toelichting. Ook zullen er kandidaatplannen worden gepresenteerd die gaan meedingen naar het geld.